Door: Manon Albers

Restaurantje De lachende Wortel

Columns / 30 januari 2012 / Manon Albers

Al dagen zijn ze er mee bezig. Mijn oppaskinderen Jip en Janneke, spelen restaurantje…







Het is namelijk zo; ik kook vier keer per week de maaltijd en opperde dat we wel eens een dag van het vaste menu konden afwijken door bijvoorbeeld even een “…..” restaurantje aan huis te openen. Dat bleek een schot in de roos.


‘Ja, want jij bent de beste kok van de wereld.’ zegt Jip en kruipt bij me op schoot. Bij Mc Donalds komen ze trouwens nog niet…. Goed, een restaurant moet een naam hebben om te beginnen. Daarna kan je tot reserveren overgaan. Mits er eten is.


De tweeling is creatief genoeg en na schaterbuien van De Vliegende Zalm tot De Fluitende Tuinboon wordt de nouvelle cuisine gedoopt als De Lachende Wortel.


‘Manon, jij bent de kok dus dan kook jij en dan zijn Jip en ik deftige gasten.’ Janneke gebruikt het woord deftig. Ik val bijna om van verbazing. Deftig. Het woord heb ik om en nabij 1980 voor het laatst in de Elegance gelezen, denk ik.


‘Ja, en ik vraag of mamma mijn pak strijkt en we het dure servies dan mogen gebruiken.’ straalt Jip van oor tot oor. Bij zoveel enthousiasme maar gauw een leuk kaartje bedenken dus. Dat heb ik zo gedaan en terwijl ik op de computer de menukaart tik en in Word Art mooie letters ontwerp voor De Lachende Wortel hoor ik in de woonkamer Jannekes stem:


‘Goedemiddag met Charlotte de Vries, ik wil graag reserveren voor donderdag.’ Ze oefenen met de huistelefoonset.  ‘Manooooon, kan dat wel, Charlotte de Vries om te reserveren?’


Ik zeg dat het prima kan en dat er normaal gesproken veel Charlottes in De Lachende Wortel komen.


Jip geeft niet helemaal het juiste antwoord. Ietwat aarzelend: Waar wilt U serveren?


Ach, ze komen er wel uit. Er wordt een tafeltje voor twee besproken en Jip haalt vervolgens de kast omver om twee dure zilveren kandelaars op tafel te zetten. ‘Ik doe daar dan donderdag de kaarsen in Manon.’


Ze staan om me heen en lezen mee wat er op het menu van De Lachende Wortel staat. ‘Ooooh, zo lekker.. stokbrood met kruidenboter.’ Jip geeft me een zoen en vindt het een heel lekker menuutje. Vooral de verse tomatensoep met balletjes en de loempia. Dan hebben we dus een écht vier gangen menu, zegt Janneke trots. IJs met slagroom als toetje door de week. Wat een feest. Altijd maar yoghurt is ook zo saai.


Die donderdag staat Jip in pak en met dienblad onder zijn arm bij de voordeur. Er hebben nog meer gasten gereserveerd. Pappa en mamma. Zo wordt het een gezellig avondje in De Lachende Wortel.


En De Vrolijke Nanny keert terug naar haar eigen leven.

 
 

Reacties zijn gesloten.